Door Bas Poell
Wie vroeger met griepverschijnselen naar de dokter ging, kreeg al snel een antibioticakuur voorgeschreven. Tegenwoordig zijn huisartsen hier veel terughoudender in. Uitzieken, luidt steeds vaker het devies. De reden: bij langdurig en herhaaldelijk gebruik van dezelfde soort antibiotica, kunnen bacteriën in het lichaam ongevoelig (resistent) worden voor dit medicijn, waardoor mensen er niet goed meer mee behandeld kunnen worden.
De veehouderij heeft de laatste tien jaar dezelfde beweging gemaakt. Het gebruik van antibiotica was decennialang gemeengoed onder boeren en dierenartsen. Zieke dieren kregen standaard een kuurtje en de gezonde dieren werden doorgaans meebehandeld om te voorkomen dat ze ziek werden. Dat is verleden tijd. De tijden en inzichten zijn radicaal veranderd. “Vergelijk het met dieselauto’s zonder roetfilter. Vroeger heel normaal, nu niet meer“, zegt varkenshouder Harm Gielen uit Boeket.
Rond 2009 laaide in ons land de discussie op over het massale antibioticagebruik in de veehouderij. Nederland stond er internationaal niet goed op. Iedereen, inclusief de boeren en dierenartsen, was het erover eens: het gebruik van antibiotica moest drastisch omlaag. Resistente bacteriën bij dieren zouden zich via voedsel, mensen en het milieu kunnen verspreiden, zo was de vrees. Met als gevolg dat antibiotica ook niet meer goed werken bij mensen. Hoewel recent wetenschappelijk onderzoek dit verband tussen mens en dier inmiddels nuanceert, heeft de veehouderij de afgelopen jaren een radicale omslag gemaakt en is het antibioticagebruik met bijna 70 procent (!) teruggedrongen. Het resultaat van strenge wetgeving in combinatie met een totaal andere benadering van dierziekten. Een andere manier van denken en doen bij alle betrokken partijen in de agrarische sector.
De dierenarts komt elke maand op het bedrijf voor een klinische inspectie én is de enige die antibiotica mag voorschrijven
“Het vizier staat niet meer op het genezen van dieren, maar op het voorkómen van ziekten”, zegt Karien Koenders, voorzitter van het Collectief Praktiserende Dierenartsen. De Ospelse, die tien jaar lang dierenarts was bij Lintjeshof in Nederweert, licht toe. “Ook in de gemeente Nederweert hebben boeren, dierenartsen en leveranciers de afgelopen jaren keihard gewerkt aan een beter klimaat voor de dieren. Moderne stallen. Meer licht. Beter voer. Goede ventilatie. Vers drinkwater. Betere hygiëne. Allemaal maatregelen om te voorkomen dat dieren ziek worden. Daarnaast worden dieren ingeënt tegen ziektes, zoals dat ook bij kleine kinderen op het consultatiebureau gebeurt, en zijn de fokprogramma’s om een gezonde groei van het dier te bevorderen sterk verbeterd“. Varkenshouder Harm Gielen vult aan: “Vroeger werden mijn zeugen na het werpen allemaal met antibiotica behandeld om bacteriële infecties te voorkomen. Als er een griepje was onder de vleesvarkens, mengde ik antibiotica door het water. Nu krijgen ze – net als wij mensen – paracetamol. Ik gebruik alleen nog antibiotica wanneer een varken long- of gewrichtsontsteking heeft. In het verleden zouden alle dieren in de stal dan preventief behandeld worden, nu alleen nog de zieke dieren. Dát is het grote verschil.”
Pluimveehouder Ron Teeuwen uit Nederweert hoeft bij zijn kippen vrijwel nooit antibiotica te gebruiken. “En dat kan ook niet zomaar. Elk medicijn is alleen op recept verkrijgbaar. En zodra je medicijnen gebruikt, moet je een plan indienen waarin je uitlegt wat je gaat doen om dat in de toekomst te voorkomen. De dierenarts van nu kijkt niet alleen maar naar zieke kippen, varkens of koeien, maar is veel meer een adviseur geworden die het totaalplaatje en dus ook de gezonde dieren bewaakt. Hoe zit het met de ventilatie en de temperatuur in de stal? Zijn het voer en de waterkwaliteit optimaal? Dat soort zaken staan tegenwoordig centraal. Ik vind dat een prima zaak.”
Sinds 2009 zijn agrariërs gebonden aan strenge, wettelijke regels voor het gebruik van antibiotica en wordt er ook zeer streng gecontroleerd op de naleving ervan. Karien Koender licht toe. “De dierenarts komt elke maand op het bedrijf voor een klinische inspectie én is de enige die antibiotica mag voorschrijven. Daarbij registreert de dierenarts de antibiotica die hij voorschrijft per diergroep in een speciaal systeem. Ook de veehouders hebben een registratieplicht. Antibiotica die als laatste redmiddel voor mensen wordt gebruikt, mag alleen onder zeer strikte voorwaarden aan dieren worden toegediend. Bovendien mogen veehouders dieren pas voor de slacht aanleveren als alle antibiotica uit het lichaam is. Dat laatste is overigens niet nieuw, dit is altijd zo geweest. Al het vlees dat in het schap van de supermarkt ligt, dus ook het vlees uit Nederweert, is vrij van antibiotica”, zo helpt Karien een hardnekkig misverstand de wereld uit.
Van het slechtste jongetje van de klas is Nederland inmiddels uitgegroeid tot een lichtend voorbeeld. “Met ons registratiesysteem voor antibioticagebruik lopen we in de wereld zelfs voorop”, zegt Karien Koenders. Ze is trots op de boeren in de gemeente Nederweert. “Uit eigen beweging hebben zij de laatste jaren heel hard gewerkt om het antibioticagebruik te verminderen.”
Ook bij varkens- en pluimveehouder Thijs van Eijk is het gebruik van antibiotica sterk gereduceerd. “Vroeger wisten we niet beter dan dat antibiotica de oplossing was bij ziekte. Nu zijn er ervan overtuigd dat je meer vanuit de basis moet denken. Door te zorgen dat het klimaat, voer, water en de hygiëne optimaal zijn, hebben we nauwelijks meer antibiotica nodig en zijn onze dieren gezonder dan ooit. Voorkomen is altijd beter dan genezen.”